“Zo vol bewondering gaat er één razend aan de haver” is een oud Nederlands spreekwoord dat vaak wordt gebruikt om aan te geven dat iemand zo vol bewondering is voor iets of iemand, dat deze persoon er helemaal door wordt meegesleept. Het spreekwoord verwijst naar het idee dat bewondering soms zo intens kan zijn dat het zelfs negatieve gevolgen kan hebben.
Het spreekwoord kan op verschillende situaties van toepassing zijn. Zo kan het bijvoorbeeld slaan op iemand die zo vol bewondering is voor een bepaalde persoon, dat deze persoon zichzelf volledig verliest in die bewondering en daardoor niet meer objectief kan kijken naar de ander. De bewondering kan dan omslaan in obsessie en jaloezie, wat uiteindelijk tot problemen kan leiden.
Ook kan het spreekwoord slaan op iemand die zo vol bewondering is voor een bepaald doel of ideaal, dat deze persoon alles opzij zet om dit doel te bereiken. Hierbij kan de bewondering zo groot zijn dat er geen ruimte meer is voor nuance of realiteitszin, met alle gevolgen van dien.
Het spreekwoord “Zo vol bewondering gaat er één razend aan de haver” benadrukt dus het belang van het bewaren van een zekere afstand en objectiviteit, zelfs wanneer men ergens vol bewondering voor is. Het is belangrijk om te blijven nadenken en kritisch te blijven, om te voorkomen dat men zichzelf verliest in die bewondering en daardoor de realiteit uit het oog verliest.
Kortom, bewondering is een prachtige eigenschap, maar het is belangrijk om deze op een gezonde manier te uiten en te bewaren. Want zoals het spreekwoord zegt: “Zo vol bewondering gaat er één razend aan de haver.”