Het is een eeuwenoud debat binnen de kunstwereld: was de smaak van de kunstenaar de drijvende kracht achter zijn creaties, of maakte hij simpelweg gebruik van bestaande stijlen en technieken? Dit vraagstuk komt naar voren in het boek “Was Dit De Smaak Van De Kunstenaar Of Had Hij Er Alleen Het Vruchtgebruik Van?” van kunsthistoricus Maria van der Pol.
Van der Pol neemt de lezer mee op een fascinerende reis door de geschiedenis van de kunst, waarbij ze de rol van smaak en originaliteit van kunstenaars onder de loep neemt. Ze onderzoekt hoe kunstenaars door de eeuwen heen geïnspireerd werden door de heersende smaak van hun tijd, maar tegelijkertijd ook hun eigen stempel wisten te drukken op hun werk.
Een van de centrale vragen die Van der Pol stelt is of kunstenaars echt origineel kunnen zijn, of dat ze simpelweg voortbouwen op bestaande tradities en technieken. Ze citeert hierbij kunsthistorici als Ernst Gombrich en Harold Bloom, die betogen dat originaliteit een illusie is en dat kunstenaars altijd beïnvloed worden door hun voorgangers.
Toch laat Van der Pol ook ruimte voor het idee dat kunstenaars wel degelijk een unieke smaak en visie kunnen hebben die doorschemert in hun werk. Ze wijst op voorbeelden van kunstenaars die een geheel eigen stijl en thematiek ontwikkelden, zoals Vincent van Gogh en Pablo Picasso.
Het boek “Was Dit De Smaak Van De Kunstenaar Of Had Hij Er Alleen Het Vruchtgebruik Van?” biedt een boeiende kijk op de complexe relatie tussen kunstenaars, smaak en originaliteit. Het daagt de lezer uit om na te denken over wat kunst nu eigenlijk echt origineel maakt, en of het mogelijk is om los te komen van de invloeden van de tijd en de traditie. Het is een must-read voor iedereen die geïnteresseerd is in kunst en de creatieve processen die eraan ten grondslag liggen.